psychische, fysieke en sociale gevolgen van het hersenletsel
Lichamelijke gevolgen
- Verlamming:
- Hemiplegie: verlamming van één zijde van het lichaam.
- Hemiparese: gedeeltelijke verlamming of verlies van spierkracht aan één zijde van het lichaam.
- Halfzijdige gevoelsstoornissen (vrijwel altijd aan de kant van de verlamming). Per persoon kan het verschillen welk gevoel verminderd is (pijn, warmte, koude, houding, beweging, tast).
- Hemianopsie: één helft van het gezichtsveld is uitgevallen. De oorzaak ligt in de hersenbeschadiging, er is niets mis met de ogen.
- Incontinentie of niet goed uit kunnen plassen.
- Epilepsie: de grootste kans hierop bestaat in de eerste maanden na een beroerte. De aanvallen kunnen zowel geheel als gedeeltelijk zijn.
- Slikproblemen
- Coördinatieproblemen
- Dubbelzien
- Spraakstoornissen: als de spieren van de mond verlamd zijn of niet gecoördineerd kunnen bewegen, wordt de spraak moeilijk verstaanbaar (dysartrie).
Cognitieve gevolgen:
- Aandacht- en concentratiestoornissen: moeite met concentreren en verdelen van aandacht; tragere snelheid van denken en informatieverwerking.
- Overgevoeligheid voor externe prikkels: overgevoelig voor geluid (hyperacusis); lichtovergevoeligheid.
- Geheugenstoornissen: opgeslagen informatie niet meer (goed) kunnen oproepen; problemen met opslaan van informatie in het kortetermijn- en/of langetermijngeheugen, voorwerpen of gezichten niet meer kunnen herkennen (agnosie).
- Stoornissen in de planning en uitvoering van doelgerichte activiteiten: problemen met het formuleren van doelen; moeite met het uitvoeren van complexe handelingen in de juiste volgorde (apraxie). Bijvoorbeeld koffiezetten of koken.
- Constante vermoeidheid: 70% van de getroffenen heeft last van vermoeidheid, die ongewoon en extreem is. Deze vermoeidheid kan niet in verband gebracht worden met inspanning en is van lange duur.
- Verwaarlozing van één kant van het lichaam of de ruimte (neglect).
- Het niet-herkennen van voorwerpen, geluiden of gezichten (agnosie).
- Trager denken.
- Taalstoornissen: moeite met vinden van woorden, problemen met het vormen of begrijpen van taal (afasie); gebruik van rare woorden en zinnen; gebruik van lange zinnen of te veel praten; informatie letterlijk nemen in plaats van figuurlijk.
Gedragsmatige gevolgen
- Niet kunnen leren van ervaringen: geen of verminderd ziekte-inzicht kan leiden tot overmoedig en riskant gedrag; zelfoverschatting.
- Verstoorde controle: ongeduldig; impulsief; rusteloos of gejaagd; prikkelbaar; agressief.
- Verlies van zelfredzaamheid: dit kan leiden tot terugtrekking en weinig initiatief.
- Verstoorde seksuele relatie.
Emotionele gevolgen
- Als direct resultaat van de schade die de beroerte aan de hersenen heeft veroorzaakt: vaak is er een depressieve stemming, soms een overmatige vrolijkheid. Andere karakterveranderingen die kunnen optreden: sociaal onaangepast gedrag; vloeken en agressiviteit; snel huilen; verhoogde prikkelbaarheid; veranderd gevoel voor humor.
- Als reactie van de getroffene op de klachten of op de reacties van de omgeving: voorbeelden zijn: gebrekkig zelfvertrouwen; somberheid en depressie; onzekerheid; angst voor het optreden van een nieuwe beroerte; gevoelens van frustratie en machteloosheid.
Maak jouw eigen website met JouwWeb